Baptist zijn: wat betekent dat eigenlijk? Waarin onderscheidt een baptistengemeente zich van een andersoortige kerk? Al enkele weken bepaalt deze kwestie in belangrijke mate de inhoud van mijn studentenleven.
Dit lijken misschien wat vreemde vragen om jezelf te stellen als je net aan het tweede collegejaar op het Baptisten Seminarium bent begonnen. Een beetje alsof je je afvraagt waar dat ding met die twee wielen en die trappers toch voor dient, als je je net hebt ingeschreven voor een opleiding fietstechniek. Toch is dit de vraag die steeds weer opborrelt tijdens de colleges van het vak Vrijkerkelijke Ecclesiologie: waarom doen we de dingen zoals we ze doen en hoe is dat typisch ‘baptistische’ ontstaan?
"Smyth en Feisser waren mij - o, schande en schaamte - volstrekt onbekend"
Eén van de dingen die we tijdens dit vak doen is graven; graven naar de wortels van het baptisme. Onder ons gezegd en gezwegen: ik bleek daar nauwelijks iets van te weten. Ondanks het feit dat ik nu toch al zo’n twintig jaar meedraai in baptistenland, waren de namen van John Smyth en Johannes Elias Feisser – o, schande en schaamte – mij volstrekt onbekend.
Nu ik toch al in mijn hemd sta: iedere seminariumstudent vormt samen met enkele medestudenten een peergroup. Een paar keer per jaar kom je met je peers samen om het leven en de studie-ervaringen te delen en elkaar zo te stimuleren om als (aanstaande) theologen in gesprek te blijven met anderen. Nu kreeg ik begin van dit cursusjaar een appje waarin ik las dat ik was ingedeeld in peergroup ‘De Liefde’. Ik dacht – meelevende kerkelijke jongen als ik ben – dan zullen de andere groepen wel ‘Blijdschap’, ‘Vrede’ en ‘Vriendelijkheid’ heten. Pas toen ik de overzichtslijst van peergroups onder ogen kreeg, realiseerde ik mij dat mijn groepje was genoemd naar Jan de Liefde, de 19e-eeuwse prediker die de geschiedenis is ingegaan als de ‘vader’ van de Vrije Evangelische Gemeenten.
Gelukkig begin ik inmiddels de hoofdlijnen van de geschiedenis van het baptisme te onderscheiden en – niet onbelangrijk – ga ik ook beter begrijpen hoe het huidige baptisme is geworden wat het is. Mocht je dit blog lezen en een studie aan het Baptisten Seminarium overwegen; het komt goed! Met een gezonde dosis interesse voor (kerk)geschiedenis en de bereidheid je te verdiepen in de levens van christenen die ons zijn voorgegaan en op wiens schouders wij staan, komt het goed.
"Ik baal wel een beetje dat ik ben ingedeeld in peergroep 'De Liefde'"
Ik baal overigens toch een beetje dat ik ben ingedeeld in peergroup ‘De Liefde’. In het boek ‘Terug naar de toekomst’ – nota bene een uitgave van het Baptisten Seminarium – lees ik: ‘Jan de Liefde kwam in aanvaring met het prille baptisme in Nederland en keerde het de rug toe. (!!! MK) Baptisten waren hem te drammerig en te wettisch, en hadden daarmee ook iets sektarisch, alsof alléén zij het zuivere geweten van kerk en theologie zijn.’[1]
Lekker dan. ?
Matthijs van der Kruk begon in september 2020 als student aan het Baptisten Seminarium. In een serie blogs vertelt hij wat hij in de loop van zijn studie zoal meemaakt.
[1] Bakker, H. ‘Jan de Liefde (1814-1869); christelijke vriend en geloofsvernieuwer’ in: Leer, T. van der & Stellingwerf, A. (red.) 2020. ‘Terug naar de Toekomst; 175 jaar baptisme in Nederland in tien portretten’ Amsterdam: Baptisten Seminarium. Pag. 31.
Zeer interessant boek overigens; aanrader!